Marijn (22) was eigenlijk nog maar net begonnen met zijn loopbaan als journalist, toen hij te maken kreeg met agressie. Wat een simpele schoolopdracht leek, liep uit op een confrontatie. Hij moest toen opeens een lastige keuze maken: zijn camera uitdoen, of door blijven filmen? Hij vertelt wat hij toen heeft gedaan, hoe hij zich hierbij voelde en wat voor invloed deze gebeurtenis heeft gehad op zijn kijk op de journalistiek.
Wat heb je precies meegemaakt? “Toen ik net begon met de opleiding journalistiek in Zwolle gingen we met een groepje een tv-uitzending maken. Daarvoor hadden we een video-item nodig en op een gegeven moment kwam iemand met het idee om te kijken op de website waar p2000-meldingen op staan. Dit zijn meldingen van het communicatienetwerk van de hulpdiensten zoals politie, ambulance en de brandweer. Hierop zagen wij een melding over een brand ergens op de Veluwe. Het was nog een heel avontuur om daar te komen. Uiteindelijk hoorden we een brandweerauto en zijn die gaan volgen totdat we aankwamen op de plek van de brand. Daar stond een boerderij in lichterlaaie en we besloten om wat beelden te schieten en een beetje met de mensen te praten die er omheen stonden. We besloten om één van de omstanders te interviewen over wat er aan de hand was en toen we bezig waren met het klaarzetten van de apparatuur, komen er drie mannen echt heel boos op ons af gelopen. “Hebben jullie wel toestemming om hier te filmen!?” reageerde de eerste man. En voordat we antwoord konden geven op zijn vraag vervolgde hij boos met: “Zet die camera nu uit of ik trap hem uit!”
Wat ging er in je om op dat moment?
“Mijn eerste gevoel was, uh oké, ik ga de-escaleren. Als ie uit moet dan moet ie maar uit dacht ik bij mezelf. Dus ja mijn eerste gevoel was wel om daarnaar te handelen. Ik was mij er wel erg van bewust dat ik nog onervaren was en dat ik maar beter kon meewerken.”
Heb je aangifte gedaan? “Wij waren op dat moment niet bang dat het nog verdere consequenties zou hebben. Dat werd op een gegeven moment wel gezegd door één van die mannen. In de zin van: ‘als dit online komt dan weten we jullie te vinden’ of iets in die richting. Maar ik kon die uitspraak op dat moment wel vrij gemakkelijk in de context van de emotionele situatie plaatsen. Om die reden hebben we geen aangifte gedaan.”
Je geeft aan te begrijpen dat iemand zo tegen je reageerde. Hoe kijk je naar de kritiek die er op het veranderende medialandschap is?
“Ik denk dat het grootste probleem in de journalistiek niet ligt bij de individuele journalist. Ik denk dat de journalistiek op financieel gebied erg onder druk staat. Er lijkt steeds minder geld te zijn voor goede journalistiek en mensen zijn ook steeds minder bereidwillig om te betalen voor nieuws. Ook is er steeds minder ruimte om aan bepaalde onderwerpen goed recht te doen. Die financiële druk is daarom, denk ik, ook een soort perverse prikkel om de sensatie op te zoeken. Ik snap dat mensen daar kritiek op kunnen hebben.”